De laatste drie maanden ben ik stagiair geweest op het Nederlands Instituut in Sint-Petersburg. Het was mijn tweede verblijf in Rusland. Mijn eerste kennismaking met Rusland was als uitwisselingsstudent aan de Higher School of Economics in Moskou waar ik toen zes maanden verbleef. Een vraag die mij dan ook veel is gesteld, is wat nu écht de verschillen waren tussen Moskou en Sint-Petersburg. Als ik deze vraag aan inwoners van de steden zelf stel, krijg ik doorgaans dezelfde antwoorden te horen. Moskovieten vinden mensen uit Sint-Petersburg vaak maar verwaande snobben, terwijl zij Moskovieten juist zien als cultuurbarbaren die altijd maar haast hebben en druk zijn. Het idee dat Sint-Petersburg een soort eilandmentaliteit had, gaf altijd veel gemoedsrust terwijl ik ‘s ochtends op weg naar het Instituut omver werd gelopen in de metro. De verschillen tussen de mensen uit de verschillende steden laten zich helaas niet zo makkelijk vastleggen.
Dat wil niet zeggen dat er niet duidelijke verschillen te zien zijn. Het Moskouse stratenpatroon is chaotisch, waar het in Sint-Petersburg juist geordend is. Moskou heeft meer communistische architectuur, terwijl deze in Sint-Petersburg klassieker juist is. Je zult in Moskou minder snel Europese toeristen aantreffen dan in Sint-Petersburg dat bekend staat om zijn vele musea. De steden hebben gewoonweg hun eigen identiteit. Wat ik aan Sint-Petersburg erg fijn vond waren de kleine cafés waar altijd een creatieve vibe hangt. Ook vond ik het heerlijk om de hele Nevsky Prospekt af te lopen om naar mensen en gebouwen te kijken en in afwisselend Russisch en Nederlands ‘nee bedankt’ te zeggen tegen de reclame die je constant wordt aangeboden. Niet te vergeten is het Belgische restaurant met de beste uiensoep van Sint-Petersburg dat één straat verderop van mijn appartement te vinden is.
Het Instituut zelf is een bijzonder fijne en huiselijke plek. De sfeer is erg gemoedelijk en open. Er komen veel interessante en geïnteresseerde mensen langs en het instituut organiseert veel leerzame evenementen. Ik kreeg op het instituut veel kans om zelfstandig aan mijn eigen kwaliteiten te werken en om mijn Russisch bij te spijkeren.
Het favoriete deel van mijn stage was zonder meer de Nederlandse Spreekclub. Elke woensdagavond komen Russen die Nederlands hebben geleerd samen op het Instituut om hun Nederlands bij te schaven. Het blijft voor mij bijzonder als mensen geïnteresseerd zijn in Nederland en de Nederlandse taal. Het niveau ligt ook erg hoog, waardoor er vaak interessante gesprekken mogelijk zijn over verschillen of juist overeenkomsten tussen bijvoorbeeld Nederlandse en Russische cultuur. Paradoxaal genoeg ben ik hier in Rusland bewuster geworden van wat precies Nederlands is en ben ik meer in contact gekomen met Nederlandse cultuur.
Ik kan de stage aan iedereen aanraden die geïnteresseerd is in Rusland en die graag in een academische context wil werken waar oog is voor de ontwikkeling van de stagiair.